De hoge ticketprijzen schrikten de Belgische fans van The Eagles (bestaande uit vooral veertigers, vijftigers en zestigers) niet af om massaal present te zijn in het Antwerpse Sportpaleis om de supergroep live aan het werk te zien. Maar helaas, laten we het meteen maar zeggen, hadden dit keer de aanwezigen (deels) ongelijk. De herenigde adelaars bestaande uit Don Henley, Glenn Frey, Joe Walsh en Timothy B. Smith kwamen ons met enige vertraging hun ‘Long Road Out Of Eden’ (uit 2007) voorstellen. Een plaat die voor het eerst sinds 1979 weer eens uit geheel nieuw werk bestond en ook dit keer wereldwijd een miljoenenverkoop kende. Het concert in Antwerpen maakte deel uit van de wereldtour van de groep, die in maart van vorig jaar van start ging. Kosten noch moeite werden gespaard om het podium, bedolven onder bogen van licht en hightech projecties, er aantrekkelijk te laten uitzien. Mooi om naar te kijken, dit grote countryrockcircus, maar we kwamen natuurlijk vooral voor de muziek. De vier hoofdvogels konden, wanneer nodig, op ondersteuning rekenen van een negental extra muzikanten, die multi-instrumentaal inzetbaar bleken. De groep trapte af met een half geslaagd ‘How Long’, de grijsgedraaide radiohit van hun laatste plaat. Daarna haalde bassist Timothy B. Smith meteen het tempo naar beneden in de Radio 2 ballad ‘I Do Not Want To Hear It Anymore’. Dan klonk het door Walsh gezongen ‘Guilty Of The Crime’ met enkele snerpende gitaaruithalen toch een stuk potiger. Maar de zaal werd pas echt wakker toen als vierde nummer op de setlist de wereldhit ‘Hotel California’ gracieus werd geserveerd, met een projectie van het mythische hotel op de achtergrond. Hierbij werd zanger-drummer Don Henley voor het eerst onder de spotlights gezet en het moet gezegd: de man ziet er tegenwoordig fysiek uit als een volwaardige dubbelganger voor Karel De Gucht. Wie zou zoiets ooit gepeinsd hebben! Ondertussen slingerden Joe Walsh en gastgitarist Steuart Smith (op double neck gitaar) de legendarische Hotel gitaarsolo’s meesterlijk de zaal in en ze kregen hiervoor terecht een verdiend applaus. “We doen nu enkele oude songs” sprak Frey het publiek toe “van uit de tijd dat de Dode Zee nog enkel ziek was”. Uit de eerste Eaglesplaat (1972) volgde ‘Peaceful Easy Feeling’, een schoolvoorbeeld van de typische Californische Countryrock die door deze band gepopulariseerd werd. Uit dezelfde plaat kwam ook ‘Witchy Woman’, ook hier met krachtige drumslagen feilloos opgediend. Net voor de pauze trok Walsh, ondersteund door een blazersectie, echt alle registers open: “In The City”. Het eerste concertdeel werd onder handengeklap van het publiek afgesloten met een gezapige versie van ‘The Long Run’(uit 1979); “the song that sums it all up for this band”, aldus een ironische Henley . We konden de man alleen maar gelijk geven, 'trop' is nog steeds 'te veel'...
Het tweede deel begon veelbelovend met de vier broederlijk naast elkaar gezeten protagonisten, die een drietal nummers uit de laatste plaat serveerden waaronder het ecologische ‘No More Walks In The Wood’. De Amerikaanse adelaars diepten daarna nog een tiental songs op uit heden en verleden, waaruit tevens her en der geput werd uit solomateriaal van de bandleden maar helaas sloeg de verveling toen toch echt genadeloos toe. De prettig gestoorde Walsh kon ons nog even amuseren met zijn capriolen tijdens ‘Life’s Been Good’, waarbij hij met een camera op het hoofd video-opnamen maakte van het publiek dat hierop nogal voorspelbaar reageerde. Het slotoffensief met dikke hits als ‘Heatache Tonight’, ‘Life In The Fast Lane’ en in de bissen ‘Take It Easy’ en ‘Desperado’ konden het tij helaas niet echt meer keren. Drie uur Eagles (inclusief korte pauze) bleek gewoon ook echt te lang om te blijven boeien. Hardcore fans zullen ons hierin misschien tegenspreken, maar dat is voer voor rockornitologen, die wij overigens niet zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten