dinsdag, april 27, 2010

Een trip in het conceptueel geluidslaboratorium van Lou Reed

Toen Lou Reed 35 jaar geleden zijn ‘Metal Machine Music’ op de wereld losliet verklaarde iedereen hem voor volslagen kierewiet. Geen enkele andere plaat uit de muziekgeschiedenis klonk in 1975 zo compromisloos en oorverdovend brutaal dan deze dubbele langspeler. Muziek in de conventionele betekenis van het woord was er dan ook nergens op te bespeuren. De luisteraar kreeg in de plaats rauwe noise voorgeschoteld, die voornamelijk bestond uit loodzware feedback en monotone drones.
Geen wonder dat dit album door nietsvermoedende kopers massaal werd teruggebracht naar de winkels. Velen meenden zelfs dat de plaat per ongeluk verkeerd geperst was en waren des te ontgoocheld toen ze hoorden dat dit geenszins het geval was. Hoe kon de man die ‘Transformer’ had gemaakt de mensheid zoiets aandoen, vroeg iedereen zich toen vertwijfeld af.
‘Metal Machine Music’ werd door de kritiek –u raadt het al -unaniem de grond in geboord en verdween na enkele weken uit de handel. Tijdens de jaren die erop legde Lou tegenstrijdige verklaringen af over dit werk. De ene keer verklaarde hijzelf dat de plaat nooit helemaal had beluisterd en dat deze enkel gezien diende te worden als een welgemeende fuck you aan het adres van zijn platenfirma. De andere keer noemde Reed ‘Metal Machine Music’ zijn allerbeste uitgave ooit of zijn enige meesterwerk.
Vijfendertig jaar na het uitbrengen van MMM besluit Lou Reed nu om een concertreeks te spelen, geïnspireerd op zijn legendarisch (gehate) album, zonder de bedoeling te hebben de opnames van toen live te willen reproduceren. Na zijn performance van donderdagavond in de Ancienne Belgique, geloven wij stellig dat Lou, hoe gek het ook mag klinken, echt houdt van deze abstracte geluidsbrij die, door het maken ervan, hem opnieuw in zijn oorspronkelijke experimentele pioniersrol plaatst.
Het concert bleek verre van uitverkocht. De aankondiging had ervoor gewaarschuwd dat de toeschouwers ‘A Night of Deep Noise’ op hun bord zouden krijgen met absoluut ‘No Songs’ op de setlist. Dit was blijkbaar goed begrepen want de aanwezigen leken niet echt uit te zijn op klassiekers als ‘Perfect Day’ of ‘Walk On The Wild Side’. Gelukkig maar!
Op het podium stonden verschillende soorten versterkers van allerlei grootte en kleur waartegen enkele gitaren leunden die voor een constant feedback geluid zorgden. Ook hing er een reusachtige gong achteraan en verder bemerkten we een grote trom, een tafel met twee laptops, een saxofoon, wat extra gitaren en een verzameling elektronica.
Tijdens de eerste tien minuten deden Lou Reed (68) en zijn muzikanten (Ulrich Krieger en Sarth Calhoun) weinig meer dan wat aan de knoppen van hun versterkers draaien, terwijl de gitaarfeedback moddervet door de zaal dreunde. De monotonie brak op zeker moment open door enkele flinke gong- en tromslagen van Reed & Co. Je zag duidelijk sommige mensen denken: “Ha, er gebeurt nog eens iets”. Een paar mensen zagen we toch ook al duidelijk de zaal verlaten. Wrong Place, wrong time.
Saxofonist Krieger liet zijn instrument aanvankelijk tegen de microfoon aan knisperen zonder erop te spelen. Later blies hij er tonen op die ontleend leken aan Ornette Coleman of John Coltrane tijdens diens laatste jaren. Reed nam plaats achter de elektronica en voegde afwisselend wat brommende en piepende geluiden toe. Hij beroerde al eens een gitaar, tegelijk gebruik makend van allerlei effectpedalen, maar dan op volstrekt onconventionele wijze. Af en toe gingen Krieger en Reed met mekaar in een soort buitenaards muzikaal duel. Ondertussen sampelde Calhoun de vreemdsoortige geluidjes, geproduceerd door de anderen en stuurde deze meteen terug het universum in. Veel meer gebeurde er niet, maar ook niet minder.
De indrukwekkende geluidswolk die hierdoor ontstond leverde veeleer een bijzondere fysieke ervaring op dan het soort luistergenot dat we gewend zijn. Maar, geloof het of niet, dit concert was een belevenis, al dreven de meningen achteraf ver uit elkaar. Ofwel vond men het toch maar niets en droop men ontgoocheld af, ofwel was men toch wel onder de indruk van deze volstrekt unieke geluidservaring. Mensen die vertrouwd zijn met conceptuele kunst bleken doorgaans positiever in hun oordeel.
Na vijf kwartier leidden enige flinke gongslagen het einde van het concert in. Lou bedankte zijn publiek hartelijk voor de aanwezigheid vooraleer hij duidelijk tevreden in de coulissen verdween. De niet te stuiten experimenteerdrang is ontegensprekelijk een wezenskenmerk van Lou Reed en dit al vanaf zijn prille carrière bij de Velvet Underground. We wedden dat deze concertreeks hem meer artistieke voldoening schenkt dan sommige stadiumconcerten die hij vulde met zijn beste songs. (Meer foto's)

2 opmerkingen:

Piet Vercaempst zei

Het was even wachten, maar uiteindelijk lees ik hier, het schitterende, ultieme verslag van de concertbeleving van MM3. Tot een volgend concertje, en hopelijk heb ik dan mijn pen en muze teruggevonden zodat we nog eens respectvol kunnen duelleren zoals Reed en Krieger. Tot dan!

Peerke zei

Wanneer ik iets lees of hoor over Metal Music Machine moet ik onwillekeurig altijd denken aan Wedding Album. Toen die experimentele plaat van JohnandYoko naar de recensenten verstuurd werd gebeurde dat op twee vinylplaten, waarvan telkens slechts één kant geperst was. Richard Williams beluisterde braaf beide zijden van elke plaat en schreef een stuk voor Melody Maker waarin hij het had de subtiele nuances die hij meende te horen in de "single tones maintained throughout, presumably produced electronically".
Gelukkig kon John het grappige van de situatie wel apprecieren en bedankte Williams met een telegram: “DEAR RICHARD THANK YOU FOR YOUR FANTASTIC REVIEW ON OUR WEDDING ALBUM INCLUDING C-AND-D SIDES STOP WE ARE CONSIDERING IT FOR OUR NEXT RELEASE STOP MAYBE YOU ARE RIGHT IN SAYING THAT THEY ARE THE BEST SIDES STOP WE BOTH FEEL THAT THIS IS THE FIRST TIME A CRITIC TOPPED THE ARTIST STOP WE ARE NOT JOKING STOP LOVE AND PEACE STOP JOHN AND YOKO LENNON”