Het Centre Culturel René Magritte houdt er blijkbaar een traditie op na om oude Woodstock coryfeeën naar Lessines te halen. Maar ook omwille van andere schitterende concerten mag dit sympathieke stadje, zich stilaan de Waalse hoofdstad van The Blues noemen. Veteranen als Johnny Winter, Ten Years After en Canned Heat passeerden de laatste jaren de revue. Deze laatsten kregen nu een tweede gelegenheid om te concerteren in dezelfde zaal. Een gebeurtenis die woensdagavond heel wat belangstellenden op de been bracht...
Eerst is het de beurt aan 'Hundred Seventy Split', een nieuw samengesteld trio rond Ten Years After bassist Leo Lyons en stergitarist Joe Gooch die we kennen als de waardige vervanger van Alvin Lee bij TYA. Beide heren, versterkt met een drummer, zetten samen een vlammende, één uur durende set neer, gebaseerd op hun vorig jaar verschenen cd 'The World Won't Stop'. Het titelnummer rockt alvast lekker weg. Dit gezelschap pakt uit met energieke Bluesrock waarin de pompende bas van Lyons en vooral het virtuoze gitaarspel van Gooch de krachtige sound bepalen. Spelplezier alom bij deze laatste, blij als hij is dat hij eindelijk eens buiten de TYA lijntjes mag kleuren. Uit hun set onthouden we het meeslepende 'Let the River Flow' en de rollende donder genaamd 'Wish You Were at Woodstock?', een songtitel die klinkt als een retorische vraag. Feit is wel dat we ons ondertussen in een volgepakte bloedhete zaal bevinden in plaats van op een groene wei in Bethel.
Het is inmiddels kwart voor tien als het Canned Heat kwartet de planken bestijgt. Niet om aan hun concert te beginnen zo blijkt achteraf maar om een half uur lang een uitgebreide soundcheck te houden waarbij het heel die tijd voor geen meter lukt. Drummer Adolfo 'Fito' de la Parra, duidelijk het opperhoofd van de bende, krijgt het behoorlijk op zijn zenuwen als de klankman er maar niet in slaagt om de monitors op het juiste volume te brengen. Zijn cynisch gemekker slaat na enige tijd over naar het publiek die het lange wachten meer dan beu is en eist waarvoor het is gekomen: een concert. De la Parra repliceert dat de klank juist moet zitten want anders zullen we er ook niets aan hebben. 'We didn't travel for eight hours to get a sound like this' voegt hij er nog aan toe, verwijzend naar het feit dat de band vorige nacht uit Zwitserland is vertrokken. Als overmaat van ramp is ook het cd'tje zoek met de tanpura intro die vooraf gaat aan 'On The Road Again'. Gelukkig weerklinkt dit herkenbaar geluidje uiteindelijk plots toch uit de boxen. Meteen de echte start van het concert, het is inmiddels tien voor half elf.
Het viertal vervolgt met 'Time Was', een andere CH klassieker, hier gezongen door Dale Spalding, de multi-instrumentalist die pas enkele jaren lid is van de groep maar vocaal veel beter uit de verf komt dan 'Fito', die naast de pogingen tot zingen ook aankondigingen voor zijn rekening neemt. De vette boogie 'I'm Her Man' volgt, met Spalding feestelijk op de 'Mississippi Saxophone' (lees: mondharmonica) en een publiek dat zich meer en meer gewonnen geeft. Het wordt overigens alleen maar heter in de zaal. Hop Marianneke, wie heeft deze hitte uit het kanneke losgelaten? Ongetwijfeld de heren uit het warme California die nu, goed en wel op dreef, een 'Midnight Sun' op ons los laten die aan het aardoppervlak mooi ondergaat in een Jimi Hendrix-achtige solo van leadgitarist Harvey 'The Snake' Mandel.
De muziek die deze groep groot maakte valt nog steeds het best te omschrijven als een geslaagd huwelijk tussen countryblues en rock'n'roll.
De geest van Woodstock hangt er als een aura bovenop. Het door Larry 'The Mole' Taylor gezongen 'Amphetamine Annie', gebsaseerd op een waar verhaal, is daar een mooi voorbeeld van.
Bassist Larry wisselt zo nu en dan van plaats en instrument met Dale en krijgt ook de kans om een paar nummers van zijn vocalen te voorzien. Leadgitarist Mandel schittert met de eigen instrumentale original "A Touch of Green" dat, zo voegt Fito er schoolmeesterachtig aan toe, geschreven is onder de invloed van canabis. Toegegeven, het nummer klinkt nogal spacey, maar heeft wel iets.
"Can you still dig the blues?" wil de onvermoeibare 'Fito' de la Parra met aandrang weten en wanneer we deze vraag massaal affirmatief beantwoorden krijgen we er nog een 'Future Blues' bovenop. Toch wordt het stilaan tijd voor de finale. 'Going Up The Country' heeft wel de goeie 'feel' maar wordt door Adolfo 'Fito' helaas schrikwekkend vals gezongen. Het is het door Wilbert Harrison geschreven 'Let's Work Together', voorzien van lekkere reepjes slidegitaar, dat de zaal pas echt op het (muzikale) kookpunt brengt. Het Centre Culturel kunnen we op dit moment dan ook niet beter beschrijven dan als een hete doos. Na het afsluitende 'Boogie', waarin ieder CH lid nog eens flink uitpakt met een langdurige solo, verlaten we iets voor middernacht de zaal als zwetende runderen. Gelukkig is dit iets waar men 'up the country' helemaal niet meer van opkijkt. Wish we were in Woodstock. (meer foto's)
Shake
Geen opmerkingen:
Een reactie posten