maandag, juni 15, 2009

E. Brace & P. Cooper - 'You Don’t Have To Like Them Both’

De hoes van ‘You Don’t Have To Like Them Both’ verraadt speelplezier en kinderlijke eenvoud. Twee gitaarspelende kleifiguurtjes op rollende planken, presenteren hun nieuwste songs. De gestileerde mannetjes staan als karikatuur voor muziekjournalisten Eric Brace (The Washington Post) en Peter Cooper (The Tennessean en het befaamde tijdschrift No Depresson). Brace is vooral bekend als songschrijver en frontman van Last Train Home, een grote naam in de wereld van Alt-Country / Americana. Peter Cooper oogstte meteen succes met zijn debuut-cd ‘Cautionary tales’ (2007), die oa door Kris Kristofferson de hemel werd ingeprezen. Beide heren uit East Nashville, die mekaar een vijftal jaren geleden leerden kennen, hebben nu de handen in elkaar geslagen om gezamenlijk muziek te maken. Het eerste resultaat van hun samenwerking is te horen op het uitstekende ‘You Don’t Have To Like Them Both’. De titel van deze plaat is exemplarisch voor de gezonde dosis intelligente humor die je oa ook in de liner notes van deze plaat terugvindt. Ook al zijn Brace & Cooper artiesten met een enorme vakkennis, ze nemen zichzelf niet al te serieus, wat het speelplezier alleen maar bevordert. Eric en Peter, beiden aan de akoestische gitaar, krijgen versterking van een schare muzikale vrienden op onder meer banjo, pedal steel, bas, drums, keyboards, accordeon, ukelele en flugelhoorn, instrumenten die in de juiste dosis geserveerd garant staan voor een typisch rootsy-americana-country-folk geluid, dat van de eerste tot de laatste noot blijft boeien. De songs op deze plaat zijn vaak ontleend aan muzikale helden (Lauderdale, Kristofferson, Straub…) en het is misschien een beetje jammer dat er maar drie originele nummers (één van Brace, twee van Cooper) opgenomen werden van deze heren, die zelf ook al bewezen prima songschrijvers te zijn. Maar ach, deze kritiek maakt nauwelijks iets uit voor wie gewoon naar de plaat luistert. Een voorzichtige banjo en een dromerige pedal steel trekt ons mee op avontuur in ‘I Know A Bird’. Het had een traditional kunnen zijn, maar het is ‘gewoon’ een song van Eric Brace. ‘Omar’s Blues #2’, geïnspireerd ‘by twilight & memories’ doet ons even terugdenken aan gloriedagen van The Band. Peter Cooper’s ‘The Man Who Loves To Hate’ is een rake karakterschets, in de beste Elvis Costello-traditie. De cover van het van Emmylou Harris en The Everly Brothers bekende ‘The First In Line’ is niet bijzonder origineel, maar wel voldoende mooi om er nooit genoeg van te krijgen. De Cooper original ‘Denali, Not McKinley’, over de naar een Amerikaanse president hernoemde berg in Alaska, combineert speelse humor met een swingend geluid. Ook grappig is de onweerstaanbare Jim Lauderdale cover ‘Lucky Bones’, dat ons goedgemutst tot enige silly walks weet te verleiden. Maar naast een lach is er ook een traan in de schitterende traditional ‘ Her Bright Smile Haunts Me still’, in de mooie interpretatie van de Kristofferson song ‘ Just The Other Side Of Nowhere’ en in de bol van gemiste kansen staande afsluiter ‘Yesterdays and Used To Be’s’. Dit alles leidt ons slechts tot één conclusie: Eric Brace & Peter Cooper, we like them both! Op 19 juni zijn beide heren live te bewonderen in de fantastische muziektempel Toogenblik in Haren. Reserveer alvast uw plaatsen.

2 opmerkingen:

Peerke zei

"Reserveer alvast uw plaatsen."
Dat kan niet in Toogenblik, Shake. En dat weet je maar al te goed.

Shaketownman zei

Juist Peerke, maar niet aan gedacht natuurlijk.