In augustus zal het precies veertig jaar geleden zijn dat het Woodstock festival plaatsvond. Crosby, Stills & Nash, drie ongekroonde koningen die toen geprogrammeerd stonden op deze legendarische “Three Days of Peace & Music”, passeerden afgelopen dinsdag in Vorst Nationaal. Zij kwamen uit het westen…
Net voordat het concert begon nam een rijpere Amerikaanse blonde dame vlak naast ons plaats en vroeg onomwonden met wie wij dan wel geslapen hadden om op de eerste rij te mogen zitten. Wij lachten hier hartelijk om en stelden haar meteen dezelfde vraag, waarop zij doodserieus: “With Graham Nash, I’m married to him for twenty years.” Wisten wij veel!
Het eerste luik van het concert bestond uit een semi-akoestisch deel waarin het trio kon uitpakken met misschien wel hun sterkte wapen: de meerstemmige harmonieën die hen zo beroemd maakten. Bij de openingsnummers ‘Helplessly Hoping’ en ‘You Don’t Have To Cry’ bleek al gauw dat deze stemmen niet meer zo feilloos waren als weleer. Stephen Stills viel, vooral in het begin, op dat vlak meermaals door de mand terwijl Graham Nash nog wel zuiver klonk maar toch wat scherpte miste. Naarmate het concert vorderde viel alles gelukkig meer en meer in de plooi. Dit vooral dankzij David Crosby die, ondanks alle gezondheidsproblemen, als enige toch vocaal zijn oude niveau haalde.
Vroeg in de set volgden enkele covers die zeer binnenkort zullen verschijnen op een cd die het trio opnam met sterproducer Rick Rubin. Vooral ‘Ruby Tuesday’ ( van The Stones) en de Dylancover ‘ Girl Of The North Country’ konden onze goedkeuring wegdragen. Maar het publiek was natuurlijk vooral gekomen om de oude nummers te horen. ‘Guinnevere’ was zo’n klassieker die het goed deed. Het door Nash gecomponeerde ‘Our House’ had niet veel nodig om het publiek massaal aan te zetten om mee te zingen. Het trio trakteerde één keer op nieuw werk , het door Nash gezongen ‘In Your Name’ mag absoluut een aanwinst heten in de CSN catalogus.
“Als ik me iets enthousiaster gedraag dan de rest van het publiek komt dit omdat ik familie ben”, excuseerde mevrouw Nash zich. Ze klaagde erover dat het Nederlandse publiek in Amsterdam de avond voordien wat tam was geweest, terwijl de Fransen in de Parijse Olympia het kot bijna hadden afgebroken om hun waardering te tonen. Het enthousiasme van het Brusselse publiek vond Susan (want zo heette ze) “just wonderful”.
Na de pauze wilde Nash weten of we zin hadden in wat rock’n’roll en -guess what - dat hadden we! De tweede set klonk dan ook een stuk potiger met schitterende versies van onder meer ‘Long Time Gone’, ‘Déjà Vu’ en vooral ‘Almost Cut My Hair’. Stephen Stills soleerde machtig op de elektrische gitaar en de begeleidingsband met onder meer David Crosby’s zoon op keyboards en Joe Vitale aan de drums stonden garant voor kwaliteit.
Memorabel was zeker ‘Cathedral’, een vocaal meesterstuk dat stond als een euh… kathedraal. Aan het eind werd ook nog eens de klassieker ‘For What It’s Worth’ opgediept uit de Buffalo Springfieldperiode. Het publiek vroeg en kreeg meer. Bisnummers volgden: eerst een fantastische versie van ‘Wooden Ships’ waarin alle registers werden opgetrokken en tenslotte een laatste meezingmoment: ‘Teach Your Children’.
Het mag duidelijk zijn dat het leven sporen heeft nagelaten op dit drietal, maar hen live aan het werk zien blijft nog steeds een schitterende ervaring.
(Meer foto's en ook hier en hier)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten